PHP-extensies bouwen met C++

Het combineren van PHP en C++ is een onnodig moeilijk proces, vindt Emiel Bruijntjes, CTO van Copernica Marketing Software. Daarom initieerde hij PHP-CPP , een opensource-project voor het creëren van een C++-library waarmee het wél makkelijk is PHP-extensies te ontwikkelen.

Copernica Marketing Software is vooral gebouwd met PHP. Een van de nadelen van deze taal, zoals Bruijntjes ondervond, is dat het veel langzamer is dan C++ en om veel meer CPU vraagt.

Met het idee om wat C++ te implementeren en zo een aantal processen soepeler te laten verlopen, begon hij met het bestuderen van de PHP-engine. Maar ondanks het feit dat dit de enige manier is voor ontwikkelaars om PHP en C++ te combineren, kwam Bruijntjes er al snel achter dat de engine bepaald niet makkelijk te gebruiken was.

Tijdrovend proces

‘PHP-extensies zijn erg moeilijk te implementeren en vereisen een grondige kennis van de Zend-engine en pointer-manipulatie,’ vertelt hij. ‘Het opdoen van die kennis is echter ook niet makkelijk, omdat duidelijke documentatie amper te vinden is.’

‘Als ik al de tijd zou nemen om te begrijpen hoe je PHP-extensies ontwikkelt met de normale PHP-API, zouden de andere Copernica-ontwikkelaars dat natuurlijk ook moeten leren. Dat zou veel te tijdrovend zijn.’

Enter PHP-CPP

Bruijntjes besloot voor een andere aanpak te kiezen en PHP-CPP op te zetten, een opensource-project gericht op het creëren van een C++-library om gemakkelijk php-extensies te ontwikkelen.

‘Extensies die zijn ontwikkeld met PHP-CPP zijn veel makkelijker te begrijpen en te onderhouden omdat de code een stuk eenvoudiger is dan die van extensies geschreven in C,’ legt hij uit.

Lego

Volgens Bruijntjes kan je het verschil tussen het gebruik van de standaard PHP-API en PHP-CPP vergelijken met kluwen touw en Lego. ‘Met PHP-CPP is het alsof je twee blokjes op elkaar klikt. Zo makkelijk is het. Het zal het leven van veel ontwikkelaars van PHP-extensies aanzienlijk eenvoudiger maken.’

‘Nu besluiten veel mensen nog om maar wat extra servers bij te prikken om te compenseren voor het extra CPU-gebruik waar PHP om vraagt. Maar het kan veel makkelijker. Tenminste, met PHP-CPP kan dat.’